AZW-kwartaalupdate Q1 2024: Sector zorg en welzijn opnieuw gegroeid, met 26.000 extra zorgmedewerkers

AZW-kwartaalupdate Q1 2024: Sector zorg en welzijn opnieuw gegroeid, met 26.000 extra zorgmedewerkers

23 augustus 2024 • Nieuws

In het eerste kwartaal van 2024 is de sector zorg en welzijn gegroeid met ruim 26.000 extra zorgmedewerkers ten opzichte van het eerste kwartaal van 2023. Dat blijkt uit nieuwe kwartaalcijfers van het CBS.

Op 20 augustus heeft het CBS nieuwe cijfers gepubliceerd over de werkgelegenheid en de mobiliteit over het eerste kwartaal van 2024. Bekijk alle nieuwe tabellen op de website van AZW Statline.

Er stroomden in het eerste kwartaal van 2024 wederom meer mensen de zorg in dan uit

In het eerste kwartaal van 2024 zijn 181.690 mensen in de sector zorg en welzijn komen werken en hebben 155.460 mensen de sector verlaten. Dit betekent dat er naar saldo 26.240 extra medewerkers zijn aangetrokken. Het aantal nieuwe medewerkers is het hoogst binnen de verpleging, verzorging en thuiszorg (+19.110 mensen). Dit is ook de grootste branche binnen de sector. Binnen sociaal werk zijn 2.830 nieuwe medewerkers bijgekomen in het eerste kwartaal van 2024. In een aantal branches zijn meer mensen uitgestroomd dan ingestroomd, dit geldt voor de ziekenhuizen en overige medisch specialistische zorg (-790), de gehandicaptenzorg (-540) en de jeugdzorg (-500).

Figuur 1. In- en uitstroom branches zorg en welzijn eerste kwartaal 2024

43% van de instromers binnen zorg en welzijn in het eerste kwartaal van 2024 is jonger dan 25 jaar. De uitstroom wordt voornamelijk veroorzaakt door 55+’ers (27% is 55+), maar we zien ook zien een hoog uitstroompercentage onder medewerkers die jonger zijn dan 25 (25%) en onder medewerkers tussen de 25 en 35 jaar (23%).

Aantal medewerkers in sociaal werk groeit sterk

Als we het eerste kwartaal van 2024 vergelijken met het eerste kwartaal van 2023, dan zien we dat het aantal medewerkers binnen de sector kinderopvang (incl. peuterspeelzaalwerk) is toegenomen (+1,8%, +26.200 medewerkers). Verder valt op dat het personeelsbestand in een aantal branches is gegroeid en in een aantal branches is gekrompen. Het aantal medewerkers in sociaal werk is het meest toegenomen (+7,6%, +4.600 medewerkers). Binnen de branches ziekenhuizen en overige medisch specialistische zorg, universitair medische centra, gehandicaptenzorg en verpleging en verzorging zien we een kleine daling met een omvang tussen de 1,2% en 1,5% van het personeelsbestand.

Figuur 2. Ontwikkeling aantal werknemers naar branche

Hoogste aantal zij-instromers binnen de VVT, relatief gezien is sociaal werk de koploper

Het aantal zij-instromers in het eerste kwartaal van 2024 bedraagt binnen zorg en welzijn 42.490. Een zij-instromer is een werknemer die op het peilmoment ingestroomd is binnen zorg en welzijn, bij het begin van deze werknemersbaan ouder is dan 25 en nooit eerder in loondienst in zorg en welzijn gewerkt heeft. Binnen de verpleging, verzorging en thuiszorg is het aantal zij-instromers in het eerste kwartaal van 2024 in absolute aantallen het hoogst (15.740) gevolgd door de ziekenhuizen en overige medische specialistische zorg (3.980) en sociaal werk (3.970).

Figuur 3. Aandeel zij-instromers naar branche

Kijken we naar het percentage zij-instromers binnen de branches ten opzichte van de totale instroom dan zien we dat op sectorniveau gemiddeld 23% van de instroom bestaat uit zij-instromers. Verder valt op dat binnen sociaal werk het percentage zij-instromers het grootst is (33%), gevolgd door overige zorg en welzijn (31%). Het percentage zij-instromers ten opzichte van de totale instroom is het laagst binnen de kinderopvang (incl. peuterspeelzaalwerk) (16%).

Hoogste aantal herintreders in VVT, relatief de meeste herintreders bij huisartsen

Het aantal herintreders in het eerste kwartaal van 2024 bedraagt binnen zorg en welzijn 49.660. Een herintreder is een werknemer die op het peilmoment ingestroomd is binnen zorg en welzijn. Een jaar voorafgaand aan de start van de baan was de werknemer niet als werknemer werkzaam in zorg en welzijn, maar meer dan een jaar voorafgaand aan de start van de baan is de werknemer op enig moment wel als werknemer werkzaam in zorg en welzijn geweest. Ook bij de herintreders zien we absoluut gezien binnen de verpleging, verzorging en thuiszorg de meeste herintreders (18.150). Gevolgd door overige zorg en welzijn (5.830) en de kinderopvang (incl. peuterspeelzaalwerk) (4.290).

Figuur 4. Aandeel herintreders naar branche

Relatief gezien is het aantal herintreders het hoogst binnen de huisartsen en gezondheidscentra (35%), gevolgd door de geestelijke gezondheidszorg (34%) en de jeugdzorg (33%). Hoewel de kinderopvang (incl. peuterspeelzaalwerk) absoluut gezien op de derde plaats staat van alle branches met het aantal herintreders, is het percentage herintreders ten opzichte van de totale instroom het laagst in deze branche (23%).

Deeltijdfactor blijft stabiel en is het hoogste binnen de universitair medische centra

De deeltijdfactor in het eerste kwartaal van 2024 binnen de universitaire medische centra is het hoogst en bedraagt 0,8. Op de tweede en derde plaats staan de jeugdzorg en de geestelijke gezondheidszorg met een deeltijdfactor van 0,78 en 0,77. Binnen de verpleging, verzorging en thuiszorg is de deeltijdfactor het laagst. In het eerste kwartaal van 2024 lag de deeltijdfactor binnen deze branche op 0,59. Vergelijken we de deeltijdfactor in het eerste kwartaal van 2024 met het eerste kwartaal van 2023 dan zien we geen substantiële verschillen. In de meeste branches is de deeltijdfactor gelijk gebleven.

Figuur 5. Deeltijdfactor sector en branches eerste kwartaal 2024

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws?

Elke maand de laatste ontwikkelingen rondom het gebruik van data in arbeidsmarkt zorg & welzijn, gewoon in je inbox.