In deze analyse is niet gecorrigeerd voor leeftijd. Verschillen tussen branches die in Figuur 6 zijn getoond kunnen (mede) worden veroorzaakt door verschillen in de gemiddelde leeftijd van medewerkers in de branches.
Vooral aandacht voor loopbaanmogelijkheden, fysieke belasting en veiligheid op de werkplek voorspellen de gewenste duur in functie en bij werkgever
Wanneer medewerkers aangeven dat hun organisatie voldoende aandacht besteedt aan de uitgevraagde punten, verwachten ze over het algemeen langer bij hun werkgever en binnen hun functie te blijven werken dan wanneer ze geen aandacht vanuit de organisatie ervaren voor deze punten – terwijl ze die aandacht wel als nodig beschouwen.
Medewerkers die aangeven dat hun werkgever voldoende aandacht heeft voor beleidspunten, verwachten gemiddeld langer bij hun huidige werkgever en in hun functie te blijven. Vooral de aanwezigheid van aandacht voor loopbaanontwikkeling laat een groot verschil zien in de wil om door te blijven werken.
De grootste verschillen in hoe lang medewerkers door willen werken, zien we op het gebied van loopbaanmogelijkheden. Tussen medewerkers die vinden dat hun organisatie voldoende aandacht besteedt aan loopbaanmogelijkheden en medewerkers die vinden dat hun organisatie hier geen aandacht aan besteedt, zien we een gemiddeld verschil van 3,6 jaar als het gaat om hoe lang ze bij hun huidige werkgever willen werken. Ook zien we een gemiddeld verschil van 3,5 jaar als het gaat om hoe lang ze hun huidige functie willen vervullen. Zie figuur 7.
Andere punten waarbij er een groot verschil zichtbaar is in de duur van de gewenste arbeidsrelatie (bij wel of geen voldoende aandacht), zijn fysieke belasting en veiligheid op de werkplek, met een verschil van 3,5 jaar. Zie voor een volledig overzicht van de verschillen in de gewenste duur van de arbeidsrelatie of functie per punt de visual hieronder.
Figuur 7: Hoe lang willen medewerkers gemiddeld bij hun huidige werkgever en binnen hun huidige functie blijven werken vs. aandacht voor verschillende beleidspunten (CBS WNE 2023 eerste meting, analyses door AZW)
Er valt een aantal dingen op:
- Medewerkers willen het langst blijven doorwerken als de organisatie waarvoor zij werken voldoende aandacht heeft voor werkdruk, fysieke belasting en het bieden van loopbaan mogelijkheden (10,7 jaar).
- Dit zijn ook de groepen waarin medewerkers het langste in hun huidige functie willen doorwerken (gemiddeld 9,9 jaar).
- Medewerkers willen het minst lang bij hun huidige werkgever doorweren als er onvoldoende aandacht voor veiligheid is, terwijl ze de dit wel nodig vinden (6,6 jaar).
- Medewerkers verwachten het kortst in hun huidige functie door te werken als aandacht voor loopbaanmogelijkheden ontbreekt (6,5 jaar)
Welk deel van medewerkers wil en kan doorwerken tot de AOW leeftijd?
Bijna driekwart van de medewerkers (73%) geeft aan te willen doorwerken tot aan hun AOW-leeftijd. Deze bereidheid is het hoogst in de GGZ en de kinderopvang (77% en 76%). Het laagste percentage is te zien in de ziekenhuizen, waar twee derde (66%) van de medewerkers aangeeft door te willen werken tot hun pensioengerechtigde leeftijd.
Naast de vraag of ze willen doorwerken, is medewerkers ook gevraagd of ze denken fysiek en mentaal in staat te zijn om hun huidige werk voort te zetten tot aan hun AOW. We zien dat ongeveer 6 op de 10 medewerkers (59%) denkt dat ze kunnen doorwerken tot aan hun AOW. Er zijn hierbij aanzienlijke verschillen tussen branches (zie figuur 8).
- In de huisartsenzorg verwacht het hoogste percentage medewerkers (74%) door te kunnen blijven werken tot aan hun pensioen.
- Medewerkers in de VVT, gehandicaptenzorg en de kinderopvang zien zichzelf het minst in staat om door te werken tot aan hun pensioen (respectievelijk 53%, 51% en 41%).
- Binnen de kinderopvang is het verschil tussen het percentage medewerkers dat wil doorwerken en het percentage dat zich daadwerkelijk in staat voelt om door te werken tot aan hun AOW het grootst (76% versus 41%).
Figuur 8: Willen en kunnen doorwerken tot aan de AOW leeftijd (CBS WNE 2023 eerste meting)
Medewerkers verwachten minder vaak in staat te zijn om door te kunnen werken tot de AOW-leeftijd dan dat ze zouden willen
Wat opvalt is het verschil tussen de wil van medewerkers om door te werken tot de AOW-leeftijd en de inschatting of dit daadwerkelijk mogelijk is. Dit verschil bedraagt sectorbreed 14 procentpunten en is als patroon terug te zien in alle onderliggende branches, met uitzondering van huisartsen en gezondheidscentra. De grootste verschillen tussen de wens om door te werken en de verwachte mogelijkheid zien we in de kinderopvang (35 procentpunten verschil) en de VVT (21 procentpunten verschil).
Medewerkers zijn bereid om door te werken tot aan AOW als er aandacht voor de balans werk-privé, werkdruk en emotionele belasting aanwezig is vanuit werkgever
We zien dat er op alle aandachtspunten een positieve samenhang is tussen de ervaren aandacht voor beleid vanuit de werkgever en zowel de wil als het vermogen om te blijven werken tot de AOW-leeftijd.
Door willen werken
Over het algemeen denken medewerkers vaker dat ze tot aan hun AOW willen doorwerken wanneer hun werkgever positief scoort op deze aandachtspunten dan wanneer deze aandacht ontbreekt maar wel als nodig wordt beschouwd (zie figuur 9). De grootste verschillen in de wens om door te werken tot aan de AOW zien we tussen medewerkers die wel en die geen aandacht ervaren op het gebied van balans tussen werk en privé, werkdruk en emotionele belasting.
Figuur 9: Willen medewerkers doorwerken tot aan de AOW leeftijd vs. aandacht voor verschillende beleidspunten vanuit de organisatie (CBS WNE 2023 eerste meting, analyses door AZW)
Medewerkers die vanuit hun werkgever voldoende aandacht ervaren voor de balans tussen werk en privé, verwachten bijna 2,5 keer zo vaak in staat te zijn om door te werken tot hun AOW
Door kunnen werken
Als we kijken naar de vraag of medewerkers zich in staat achten om door te werken tot hun AOW, zien we nóg grotere verschillen tussen medewerkers die voldoende aandachtspunten ervaren en medewerkers die deze aandacht niet ervaren, maar wel als nodig beschouwen. De verschillen zijn het grootst als het gaat om de balans tussen werk en privé, fysieke belasting en roosters en werktijden. Zo is het percentage medewerkers dat zich in staat acht door te werken tot de AOW bijna 2,5 keer zo hoog als er voldoende aandacht is voor de balans werk en privé, ten opzichte van het percentage medewerkers dat dit denkt te kunnen als deze aandacht er niet is.
Figuur 10: Zijn medewerkers in staat om door te werken tot de AOW leeftijd vs. aandacht voor verschillende beleidspunten vanuit de organisatie (CBS WNE 2023 eerste meting, analyses door AZW)
Medewerkers die voldoende aandacht ervaren op belangrijke beleidspunten willen niet alleen vaker tot de AOW-leeftijd doorwerken, ze achten zich daar ook vaker lichamelijk en geestelijk toe in staat. De aandacht van de werkgever voor de balans tussen werk en privé lijkt bij zowel willen als kunnen doorwerken een rol te spelen.